Type: M 170 ( 2 )

De Duitse Marine maakte van het Forteiland in de monding van het Noordzeekanaal een kernwerk van de Festung IJmuiden. De verdediging bestond uit een kustbatterij met drie geschutsbunkers van het (type: M 170) en drie manschappenbunkers (type: 656). De vuurleidingspost (type: 636) van de batterij stond bovenop het oude fort. Drie kanonnen, zes stuks pantserafweergeschut en zes zware machinegeweren, alle in bunkers , verzorgden de rondomverdediging. Het eiland zelf werd beschermd door twee granaatwerpers onder pantserkoepels en acht machinegeweren, opgesteld onder vier pantserkoepels. Het strandje aan de westkant van het eiland was versperd door een drakentandhindernis. Na 1945 verdween bijna tweederde van het Forteiland. Wat resteert zijn het oude fort en elf Duitse bunkers, waaronder twee geschutsbunkers, een kanonbunker (type: 671) en een bunker voor twee machinegeweren onder een pantserkoepel (644) die laatste is tegenwoordig het enige nog resterende exemplaar in Europa.

Het 2e exemplaar ( type: M 170 ) even verderop!.

In juli 1943 startte men met de bouw van de kustbatterij op het eiland. In de periode tot en met de bouw van definitieve batterij werd er een tijdelijke batterij bestaande uit 4 stukken geschut met een kaliber van 7,5 cm opgesteld. Toen bleek dat de batterij door de bouwwerkzaamheden op het eiland niet meer inzetbaar was, werden de artilleristen tijdelijk naar de Batterie Scheveningen Nord overgeplaatst.

Uit een schatting in een inspectierapport van de kustverdediging, blijkt dat men verwachtte dat de werkzaamheden op het eiland op zijn vroegst pas in januari 1944 beëindigd zouden zijn. Deze schatting bleek te optimistisch, in februari 1944 zouden er pas twee geschutsbunkers klaar zijn.

In juli 1944 zouden de drie geschutsbunkers van het type: M 170 + 656 en de vuurleidingspost van het type: 636 S.k. eindelijk gereed zijn. Alle stukken 15 cm SK L/40 geschut waren geplaatst en de hele batterij was daarmee feuerbereit. ( Bron: Ruud Pols & Leo de Vries).