Ten zuiden van de kustbatterij Heerenduin bouwde de Duitse luchtmacht de luchtdoelbatterij Olmen, onderdeel van de luchtverdediging van de Festung IJmuiden. De batterij omvatte vier opstellingen voor luchtdoelgeschut. Twee bunkers van het type FL 243 en twee van het type FL 249, waarbij het ene type het spiegelbeeld was van het andere. De bunkers bestonden uit een achthoekige bedding met munitienissen, die via een trap verbonden was met het naastgelegen manschappenverblijf. De vuurleidingspost lag bijna honderd meter noordelijker en was van het type FL 244, maar met de bovenbouw van het type FL 311. Dit was een vrij omvangrijke bunker met voor een commandobunker opvallend veel legeringsruimten. De waarnemingen en metingen werden gedaan vanuit open observatieposten aan de voorzijde van de bunker. Tussen de vuurleidingspost en de vier opstellingen lagen drie beddingen voor licht luchtafweergeschut, dat de batterij tegen laagvliegende aanvallers moest verdedigen.
En Tobruk nummer drie even verderop!.
De standaard Tobruk had de afmetingen: een diepte in de grond tot 2,75cm, een lengte van 3,70cm en een breedte van 2,35cm. Bron: Bunkers -Strijdbewijs.
Doorsnede van een standaard Tobruk.