Overige:

Centraal in het noordelijk deel van de Festung Hoek van Holland en op veilige afstand van de kust ligt het Staelduinse bos. Het Duitse leger onderkende de voordelen van deze positie en bouwde hier twee hoofdkwartieren en een kleine artilleriestelling. Het oudste complex in het bos bestond uit een zevental dunwandige munitie-bunkers, mogelijk behorend bij de kustbatterij Vineta. Aan weerszijden van de weg naar deze bunkers verees het hoofdkwartier van een regiment infanterie en daarna van de commandant van de gehele Festung. De opbouw van het complex is opvallend. Een rechte weg deelt het complex in twee delen. Centraal lag de commandobunker (type 608) met aan de overkant van de weg een dubbele manschappenbunker (tweemaal type 501). De commandobunker vormde het middelpunt van een denkbeeldige cirkel, waarop drie munitiebunkers van het type 134, drie manschappenbunkers van het type 502, een hospitaalbunker (type 118c) en vier bakstenen bergplaatsen geplaatst zijn.

Een overblijfsel van wat eerder een telefoonpaaltje moet zijn geweest, bij de ingang van het complex. Wellicht heeft hier ook een wachthuisje gestaan. Het Staelduinse Bos vormde zo’n zeldzame plaats, waar de Duitsers een aanzienlijk aantal zware bunkers bouwden, die heden ten dage nog te zien zijn. Eind 1942, maar vooral in 1943 wordt aan het gigantische bouwprogramma begonnen, dat zal leiden tot de bouw van de Atlantikwall ( 1942- 1944 ).

Bergplaats ( A ) ten behoeve van het opslaan van drinkwater. Voorraden van water en voeding waren van groot belang in een geisoleerde vesting. Om die reden zijn in de Festung Hoek van Holland nog negen waterreservoirbunkers ( Wasserbehälter ) en drie pomphuizen ( Pumperhaus ) gebouwd ten bate van de watervoorziening.

Ingangszijde van de bergplaats.

Van binnenuit.

Bergplaats ( B ) voor opslag van levensmiddelen en overige.

Ingangszijde van een munitiebunker type: 134.
( Westwall ontwerp ).

Binnen dit steunpunt het 2e exemplaar.

Het bouwnummer ( 8906 ) bij de ingang van de bunker.

Doorkijk in de gallerij.

Bunker voor het onderbrengen van manschappen… In de vleugelmuur is een Tobruk verwerkt.

Gedurende de zomermaanden is deze bunker door de dichte begroeiing praktisch geheel onttrokken aan het zicht.

De Tobruk is wel het hele jaar door zichtbaar!.

Veelal goed gecamoufleerd was het bijna niet op te merken voor de vijand. De Tobruks hadden de aanduiding W.N. ( Widerstandsnest ), ofwel een klein verdedigend steuntpunt op een meestal strategische plek. De duizenden los en in flankeringsmuren van bunkers gebouwde Tobruks konden als observatiepost, mitrailleurnest of granaatwerper gebruikt worden.

Later werd het model, een gewapend betonnen gevechtsruimte met een 8-hoekig of rond gat aan de bovenzijde, overgenomen door de Duitsers en zo vanaf 1942 in Europa geïntroduceerd. Het ontwerp kwam voor als losstaande constructie en als onderdeel van een grote bunker.

De afgeschuinde Vleugelmuur gaat geheel op in de natuur.

Ingangszijde naar de Tobruk.