Waar de Dirk van den Burgweg aansluit op de ‘S-Gravenzandseweg, ligt aan het fietspad op de dijk een Nederlandse gevechtsdekking van het type S7. Deze kleine kazemat was voorzien van zeven schietgaten voor mitrailleurs, waarmee de Derik van den Burgweg, de doorgaande weg naar Hoek van Holland, bestreken kon worden. Ook de dijk en het voorterrein konden onder vuur genomen worden. Zo verzorgde deze kazemat de rugdekking voor de verdedigingswerken aan de kust bij Hoek van Holland. Het bouwwerk bezit aan de achterzijde twee kleine, vierkante toegangen, die nog open zijn. In elk van de zeven schietgaten is nog een stalen steun aanwezig, waarop het machinegeweer rustte. Korte betonnen wanden delen de toch al beperkte binnenruimte op in krappe hoekjes; deze muren beperkten de uitwerking van de binnengedrongen kogels en scherven. Gevechtshandelingen vonden hier niet plaats en het bouwwerk is daardoor onbeschadigd gebleven.
De bekendste, opvallendste Nederlandse kazemat is het zogenaamde Stekelvarken of spinnekop, een door de aanwezigheid van veel schietgaten en camouflagehaken vervaarlijk lijkende bunker. Het stekelvarken (Nederlandse codering: S) is geen standaardtype, maar eerder een varianten voorkomende soort bunker. Van de 780 gebouwde stekelvarkens zijn vele varianten bekend, onder andere met Eén, drie,vier, vijf en zeven schietgaten.
In de meidagen van 1940 bleken de stekelvarkens het tegendeel van een succes. De zwakke dekkingen en vooral de vele en grote frontale schietgaten bleken een gemakkelijke prooi voor de Duitse waarnemers en vervolgens Duitse schutters. Ten tijde van de Duitse inval op 10 mei 1940 was het Nederlandse verdedigingsprogramma nog niet voltooid: vele kazematten en onderkomens waren nog maar ten dele afgebouwd.
Buiten de vier in de jaren 1939 en 1940 op grote schaal toegepaste types, waren enkele nieuwe types in de voorbereiding. De Stekelvarkens ( S ) zijn voor het merendeel in de versie met drie schietgaten ( S3 ) gebouwd.
Het type ( S5 ) en ( S7 ) is in Nederland in totaal 57 keer gebouwd.
De stekelvarkens ( S3 ) zijn door de Duitse bezetter in totaal ( 720 ) keer aangetroffen, waarvan aan het Maas-IJselfront ( 337 ), de Peel-Raamstelling ( 245 ) en op de Grebbelinie (144 ) keer.
Het schootsveld door één van de schietgaten gezien.